Toen ik net naar mijn werk in mijn wijk van Cairo wandelde, zag ik hier en daar vrouwen op de stoeprand zitten die papieren zakdoekjes of citroentjes verkopen. In wezen is dat een eervolle manier van bedelen; mensen kopen voornamelijk van ze om ze een beetje te helpen.
Stel je voor dat ik als buitenlander naar die vrouwen zou roepen: 'Geef me wat water, geef me wat te eten...', dan zou ik de bedelaar zijn he? Dit is precies wat Elija deed toen hij als vluchteling (nota bene!) in de Libanese stad Sarfat kwam. Hij riep naar een weduwe: 'Help me...'
Elija was een echte dienaar van God; een profeet. Hoe kon hij zo diep zinken dat hij een vluchteling, ja een bedelaar werd? Waarom treft het kwaad goede mensen? Morgenochtend preek ik hierover. Ziehier die preek.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten