zaterdag 30 januari 2016

Boekbespreking: Johan Klein Haneveld, De Loser die Wint; als God je verhaal vertelt (Buijten en Schipperheijn Motief, Amsterdam)

Johan Klein Haneveld schreef in 2015 een heel persoonlijk boek, De Loser die Wint; als God je verhaal vertelt (Buijten en Schipperheijn Motief, Amsterdam). Ik vond dit een waardevol boek om te lezen, vooral tegen het licht van wie de schrijver is, en de persoonlijke worsteling die hij beschrijft; een worsteling met het gevoel nooit te voldoen aan de eisen van God. Veel christenen stappen daar luchtig overheen, alsof ze hun eigen geloof niet serieus nemen; voor de uiterst serieuze en consciëntieuze Johan leidde dit tot innerlijke conflicten, en tot overspanning. Dit boekje lijkt daar duidelijk een antwoord op te zijn en dat maakt het interessant leesvoer. Het gaat niet alleen maar over Johan’s theologische visie, maar om wat hem op het pad zette van geloof zonder teveel stress.

Omdat het een persoonlijk verslag is, is een bespreking een beetje hachelijk. Het gaat in ieder geval om wat de schrijver enorm heeft geholpen. Maar we worden ook op een Groot Verhaal getrakteerd dat om een reactie van de lezer vraagt.

Laat me beginnen met te zeggen dat ik de grote lijn van het verhaal verfrissend en behulpzaam vond.  Ik las het met grote plezier.  De schrijver benadert het christelijk geloof niet als een serie dogma’s, maar als een groot verhaal waarin we als gelovige binnentreden door het geloof in Jezus Christus. Misschien is het mijn persoonlijk gebrek aan interesse voor systematische theologie (“wat kunnen we zeggen over God) en mijn interesse in bijbelse theologie (“hoe handelt God in onze wereld”) dat me meteen sympathiek doet reageren op Johan’s ‘Grote Verhaal’. Hij presenteert het christelijke verhaal als het mooiste dat er is - het gaat over een God die de wereld maakte waarin waarheid, schoonheid en liefde centraal staan. Door mensen in vrijheid te scheppen maakte God zichzelf zwak, en dat zwakke van God werd vooral zichtbaar in de dood van Jezus. Het is zwakte dat in het verhaal van God wint.

Ik vind deze benadering behulpzaam; teveel wordt door christenen een soort super-christendom gepreekt waarbij het gaat om winnen, sterk-zijn, succesvol zijn, rijk zijn. Ik heb een broertje dood aan alles wat riekt naar Prosperity Gospel en dat die benadering van christelijke geloof mensen ziek kan maken, bleek wel uit de burn-out van de schrijver. Dat God naar ons toe komt met liefde en vergeving en dat we niet zo nodig van alles en nog wat moeten, dat is een goede nadruk die dit boek legt. Mensen die verstrikt zitten in een christelijk geloof waarin ze voortgejaagd en afgemat worden, doen er goed aan dit boek - het verhaal van Johan - goed te lezen. Ik kan het van harte aanbevelen.

Dat wil niet zeggen dat ik het met alles eens ben, en dat is precies op die gebieden waarvan ik denk, daar had iets meer systematische theologie toch geholpen. Een kleine voorbeeld is dat het boek wel erg eenzijdig de nadruk legt op dat we niets zo nodig 'moeten'.  Zo wordt Galaten 5:22 over de vrucht van de Geest gebruikt om te laten zien dat we eigenlijk niets hoeven te doen, want vruchten groeien vanzelf. Ik heb dat vaak gehoord, maar ik denk dat dit te eenzijdig is. Het suggereert me een te dualistisch wereldbeeld - een wereldbeeld waar de schrijver terecht vanaf wil, maar wees dan ook radicaal: we kunnen het werk van God niet uitspelen tegen wat hij van de mens vraagt. Het Nieuwe Testament staat wel degelijk vol geboden en verboden en die staan er niet om achterover te leunen en te denken: God moet dat zelf maar in me werken, ik kan dat niet zelf.

Ik deel ook de visie op het slot van het verhaal van God niet. Ik geloof niet in Alverzoening. Als mensen zich bewust buiten het verhaal van God plaatsen, dan hebben ze die ruimte. Maar dan schrijft God ze niet tegen hun zin terug het verhaal in. Er is een buitenste duisternis, en wie de Zoon niet heeft, heeft het leven niet. Ook niet later via een omweg.

Een laatste kritische noot, en ik zou graag eens met de schrijver verder praten over deze dingen, is dat ik het verhaal te individualistisch vind. Misschien is dat onvermijdelijk omdat het mede een persoonlijk verhaal is. Maar het verhaal van God in de bijbel is niet het verhaal van individuen, maar het verhaal van een volk. Het evangelie is wel persoonlijk, maar niet individualistisch. God bevrijdde een volk uit Egypte, Christus hervormde dat volk, en wij leven als Kerk samen. 

Misschien dat meer nadruk op dat volk-zijn ook een andere visie kan geven op de dwang van wat we als christenen allemaal moeten doen; we hoeven het niet alleen te doen maar samen. En een volk is tastbaar - niet iets etherisch. Een volk bekommert zich om waarheid, schoonheid en liefde - met elkaar. Een volk evangeliseert niet alleen, maar leeft samen. En daarom kan dat volk zich samen ook verheugen over een aquarium, over een reis naar India, over een goede sigaar en een glas wijn, over samen eten, samen genieten samen leven.  Dat lijkt me een prima medicijn tegen burn-out.  

Nogmaals, van harte aanbevolen. Maar Johan, laten we eens een afspraak maken als ik in Den Haag ben. Leuker nog, kom met je vrouw een keer langs in Egypte.

dinsdag 5 januari 2016

Vijf jaar Arabische Lente

Tarek el-Tayeb Mohamed Bouazizi stak zichzelf in brand in the Tunesische stad Sidi Bouzid op 17 december 2010, vandaag precies vijf jaar geleden. Hij overleed ruim twee weken later aan zijn verwondingen.  Zijn dood wakkerde de Tunesische volkswoede aan, waardoor de Tunesische president Zine Abidine Ben Ali op 14 januari 2011 werd gedwongen af te treden.    

De Arabische wereld zag dat een volksopstand tegen een dictator succesvol kan zijn, en het vuur sloeg snel over naar Egypte, Lybie, Bahrain, Syrie, Jemen.  Je zou kunnen zeggen, de protestdaad van Bouazizi zorgde voor miljoenen Syrische vluchtelingen en voor de terreurbeweging ISIS.

Bouazizi was een arme fruitverkoper in een Tunesische provinciestad. De middelbare school had hij niet afgemaakt.  Jarenlang was hij al lastiggevallen door politiemannen die hem kleine bedragen afpersten, zoals dat in veel Arabische landen gaat. 

In Egypte is het heel normaal dat kleine handelaars op straat hun handelswaar kwijtraken omdat de politie het meeneemt.  Dan kunnen ze dat een uur later op het politiebureau weer ophalen, tegen betaling uiteraard. In de meeste Arabische landen is de politie beslist niet je beste vriend. 

Voor Bouazizi was de maat vol.  Hij werd net een keer teveel getreiterd. Zijn weegschaal was geconfiskeerd, en hij ging klagen bij de gouverneur van Sidi Bouzid.  Toen die hem niet wilde ontvangen, kocht Bouazizi een jerrycan benzine en midden tussen het verkeer en voor het kantoor van de gouverneur, stak hij zich in brand om half 12 in de morgen. 

Voor de meeste Tunesiërs is Bouazizi nu een held, want de opstand in Tunesië is schijnbaar geslaagd. Hij wordt als held en martelaar beschouwd - enkeltje paradijs dus.  In Sidi Bouzid is een standbeeld van zijn groentekar voor hem onthuld.  

Maar voor de vijf miljoen Syrische vluchtelingen is hij natuurlijk helemaal geen held.  De Arabische Lente is een hel voor Syrie. En in Egypte vervloeken de meesten de opstanden die in 2011 op het Tahrir plein in Cairo begonnen, want die hebben vooral veel ellende opgeleverd.

Als Bouazizi vijf minuten voor hij zichzelf aanstak, had geweten wat hij zou veroorzaken, wat zou hij dan hebben gedaan?  En als de eerste demonstranten op Tahir hadden geweten dat Egypte vijf jaar later een veel robuuster dictatuur zou kennen dan in 2011? Zou het westen hebben geholpen van Kaddafi af te komen als het wist hoe het land er in 2015 uit zou zien? 

Zouden we als Nederlanders de opstand tegen de Syrische president al-Assad hebben gesteund als we wisten dat dit een paar jaar later zou zorgen voor volle asielzoekerscentra in Nederland? En zouden we die asielzoekers zo blijmoedig hebben binnengelaten als we zouden weten wat dit over tien jaar voor gevolgen in Nederland heeft? 

Met die laatste vraag komen we bij de kern van de zaak.  We weten eigenlijk niet wat onze daden vandaag voor invloed hebben.  Een schijnbaar onbeduidende daad van Bouazizi - pijnlijk voor hemzelf maar ogenschijnlijk onopvallend in het geheel der dingen - kan dramatische gevolgen hebben op wereldniveau.  

En stel je je nou voor dat die Bouazizi die dag niet was lastig gevallen door de politie; of als hij zijn middelbare school had kunnen afmaken; of als hij die morgen een aardige klant had gehad, die hem vriendelijk had aangesproken, of die hem had geholpen met zijn spullen van de politie terughalen? Dan was hij niet zo depressief geweest, en dan had hij zichzelf niet in brand gestoken.   

Zou Tunis dan nog steeds door een dictator worden geleid? Zouden we dan die Syrische vluchtelingenstroom niet hebben in Europa? Zouden er dan geen kleine honderd journalisten in de gevangenis zitten in Egypte? Zou Libie dan vreedzamer zijn onder ex-dictator Kaddafi?

De wereldgeschiedenis en ons leven zijn in veel opzichten een raadsel. Als we erop terugkijken kunnen we er misschien een mooie verhaal van bakken, als het ons niet teveel heeft tegengezeten. Maar zolang we er middenin zitten is er soms geen touw aan vast te knopen. 
Wat we vandaag doen of laten kan grote gevolgen hebben voor onszelf en voor anderen, maar het is onmogelijk om te voorspellen of dat, wat we vandaag doen, over vijf jaar heel positieve of heel negatieve uitwerkingen heeft. We zijn dus in wezen allemaal ‘kortzichtig’ - we kunnen niet in de toekomst kijken.

Dus rest ons niets dan vandaag te doen wat we denken dat vandaag goed is; we kunnen doorgaans nauwelijks weten wat de lange-termijn gevolgen zijn van ons handelen.  Dat zie je aan de dwaze daad van Bouazizi, maar het geldt net zo goed voor onze keuzes met betrekking tot de vluchtelingenstroom die in zekere zin door Bouazizi is veroorzaakt.