dinsdag 5 april 2016

bijna een lustrum

Binnenkort vier ik mijn lustrum als voorganger van St Michael and all Angels, een Anglicaanse kerk in Heliopolis. Uit mijn grijze verleden als student bij In de Ruimte herinner ik me nog goed de lessen die ik daar kreeg in ‘Gemeentegroei’. Maak plannen, en voer ze uit, en God zal het zegenen. En waarachtig, mijn plannen vijf jaar geleden waren schitterend! Tranentrekkers werkelijk. Een ten dode opgeschreven kerkgemeenschap in Heliopolis zou herleven!

De werkelijkheid van het kerkelijk leven bleek iets weerbarstiger dan het papier waarop ik mijn plannen schreef. Een kleine vergrijsde gemeenschap van tien oude Egyptenaren groeide geleidelijk tot een gemeente met wekelijks 25 bezoekers. Maar een nieuwe Egyptische dienst die ik startte, en die volgens mijn plannen nu ongeveer 100 wekelijkse bezoekers zou hebben, is blijven steken op 35. Een nieuwe Engelstalige dienst voor expats zou nu ook 100 leden moeten hebben, maar hetzelfde verhaal: wekelijks zijn we met zo’n 35 mensen.

Okee, ik had gepland dat God zou zorgen dat de Soedanese dienst zou groeien van 200 tot 300 leden, maar ook daar ging het mis want we hebben nu 1100 leden. Niet echt mijn verdienste trouwens… Eerder die van de Soedanese president Omar al-Bashir, die de regio waar deze mensen vandaan komen maar blijft bombarderen, waardoor deze Soedanese Anglicanen naar Egypte vluchten en bij ons in de kerk komen.

Ik zou met mijn kleine Engelse en Egyptische diensten kunnen besluiten de liturgie wat aan te passen, om te gaan concurreren tegen een paar evangelische gemeenten in de buurt. Wat meer gitaren, drumstel, flitsende beamer-show. Maar van zulk soort diensten hebben we er al genoeg in Cairo, dus waarom meer van hetzelfde? Bovendien ben ik voor zo’n aanpak net een tandje te hoog-kerkelijk. God komt tot ons door de weloverwogen liturgie van Woord en Tafel.

En eigenlijk ben ik heel tevreden met onze kleine gemeenschappen. Natuurlijk wil ik graag wat meer gemeenteleden, maar ik heb toch besloten me weinig aan te trekken van die semi-wetenschappelijk gemeentegroei-principes. Als gemeente bestaan we voor de eredienst aan God en de zorg voor elkaar. Daar zal ik me dan maar op concentreren dan komt het vast wel goed. God kan zijn kerk wel bouwen, en is niet erg afhankelijk van mijn plannen.