Gisteren tracteerde ik u hier op een schokkerende ervaring in het leven van Corrie ten Boom. Hier het slot van dat moment.
De man sprak Corrie aan. “Een mooie boodschap, Fraülein! Hoe goed is het te weten dat, zoals u zegt, al onze zonden op de bodem van de zee liggen. U noemde Ravensbrück in uw toespraak. Wel, ik was een bewaker daar.” Het was Corrie duidelijk dat hij haar niet herkende. Maar zij had zijn gezicht nooit vergeten. De man ging verder: “Weet u, sinds die tijd heb ik Christus gevonden als mijn Redder en ik weet dat Hij me vergeven heeft voor alle vreselijke dingen die ik gedaan heb. Maar ik zou het u ook graag horen zeggen, Fraülein.” Opnieuw stak hij zijn hand uit. “Wilt u me ook vergeven?”
Corrie stond daar, kijkend in het gezicht van haar voormalige beul, een man verantwoordelijk voor de dood van haar zus. Vol woede en minachting deinsde ze terug, terwijl de vreselijke herinneringen haar overspoelden. Haat welde in haar op. Hoe kon ze deze man vergeven? Ze hield haar eigen hand achter haar rug terwijl ze worstelde met de vreselijke tegenstrijdigheden die binnenin haar woedden. Ze had anderen een boodschap van liefde en vergeving gepredikt. Maar nu scheen het onmogelijk het zelf in praktijk te brengen. Een van haar favoriete uitspraken was: “Vergeving is geen emotie, het is een handeling van de wil.” Arme Corrie, haar emoties hadden haar in de steek gelaten. Alles wat nu overbleef, was haar wil.
In stilte richtte ze een gebed tot de hemel. “Jezus, help me alstublieft. Ik kan zoveel doen als mijn hand uitsteken. Geeft U het gevoel.” Onhandig, vol aarzeling, stak ze haar hand uit. Plotseling was haar gebed verhoord, want onmiddellijk werd haar hart vervuld met Gods liefde voor deze man. “Ik vergeef u mijn broeder!”, riep ze uit. “Met mijn hele hart vergeef ook ik u!”
Geen opmerkingen:
Een reactie posten