Als student kwam ik (Ds Piet de Vries, red.) in contact met ds. G. Hamstra die toen de Christelijke Gereformeerde Kerk van Alphen aan de Rijn diende. Dat contact is gebleven ook toen ds. Hamstra in 1986 naar Clifton niet ver van New York vertrok. Inmiddels is deze predikant al enige jaren met emeritaat en woont hij in St. George, een plaats ongeveer een uur rijden van Toronto.
Sinds ik een aantal jaar geleden sprak op de predikantenconferentie van de Free Reformed Churches of North America krijg ik elke maand hun kerkblad The Messenger toegezonden. In het laatste nummer stond een interview met ds. en mevr. Hamstra. Onder andere werd hem de vraag voorgelegd: U bent niet alleen predikant, maar weet zich bovenal een christen. Wat betekent dat voor u? Daarop geeft ds. Hamstra het volgende antwoord:
Een christen zijn betekent voor mij dat ik door de genade van God mij mag verheugen in de meest zalige vereniging die een mens kan kennen. Ik ben namelijk met God verenigd door een levend geloof in Christus. Door dit geloof heb ik zaligmakend deel aan de gehoorzaamheid en het offer van het Lam van God.
Mijn geloof is niet van menselijke oorsprong. Het is een vrucht van de bijzondere genade van de Heilige Geest. Genade schenkt een wondervolle troost in alle omstandigheden van het leven en met het oog op het einde van mijn reis hier op aarde. De liefde van God in Christus is mij meer waard dan alle schatten van de hemel en de aarde. Die liefde is oneindig en is de enige troost voor de voornaamste der zondaren.
Aan het slot van het interview vertelt ds. Hamstra dat hem reeds als kind was geleerd de voorbereiding op de eeuwigheid niet uit te stellen. Hij besluit dan:
Diepe zorg over de voorbereiding op de eeuwigheid begon mij te vervullen. Die zorg was altijd bij mij. De Heilige Geest overtuigde mij zowel van mijn erfzonde als van mijn concrete zonden. Hij deed mij zien dat ik een verloren zondaar was op reis naar de rampzaligheid; ik verdiende voor eeuwig weggeworpen te worden. Ik voelde dat ik totaal onmachtig was in mijn ellendige en verloren toestand verandering aan te brengen. Ik vond geen rust en vrede voor mijn ziel totdat Christus in Zijn niet te beschrijven medelijdende liefde en genade Zichzelf aan mij openbaarde als de Zaligmaker van het verlorene.
Geen menselijke tong kan ooit beschrijven wat de liefde van Christus voor mij heeft betekend sinds de dag dat Hij mijn zonden wegnam. Wat moet ik zeggen over de tijd dat Hij Zijn aangezicht van mij verbergt? Wanneer Hij Zijn liefderijk aangezicht voor mij verbergt, mag ik toch vertrouwen in Zijn onveranderlijke genade.
Ik wens voor allen die dit lezen dat zij de rijkdom van deze genade mogen kennen. Niemand is meer gezegend dan zij die zijn bemind door God de Vader, gezaligd door Christus en geleid door Heilige Geest.
2 opmerkingen:
hier kan(en mag) je aleen maar jaloers op worden
Inderdaad, een heerlijk getuigenis. In zijn 'Nederlandse' jaren heb ik ds. Hamstra ook regelmatig horen preken, ik herinner me een preek over Psalm 27:4. Het waren doorleefde preken.
Een reactie posten