
De houding van de kerken ten aanzien van Israel wordt in dit gedeelte wel erg onjuist voorgesteld. ‘Aanvankelijk heerst bij velen in de kerken een stemming van euforie. Eindelijk heeft God met de stichting van de staat Israel zijn beloften in vervulling laten gaan.’ Ik geloof hier niks van. Pas in 1967, tijdens de 6-daagse oorlog, begon de sympathie voor Israel echt te groeien in de kerken, net als in de hele samenleving. De televisiebeelden van de oorlog zorgden voor diepe sympathie voor Israel.
De kritiek van sommigen dat de geprofeteerde terugkeer van Israel gepaard zou moeten gaan met de bekering van Israel, wordt genoemd door de opstellers van OV. Dit wordt gepareerd met de profetie van Ezechiël 37, waar de dorre doodsbeenderen eerst weer een lichaam worden, om pas daarna de Geest te ontvangen. Kom op, broeders, dit is toch geen serieuze exegese? Hierin kan je toch geen profetie zien dat Israel eerst een natie wordt en zich daarna pas bekeert? Het staat nota bene haaks op diverse profetien waarin de bekering van Israel als dwingende voorwaarde voor terugkeer uit ballingschap wordt genoemd.
Als je de bijbel en profetie zo fundamentalistisch wil gebruiken als de schrijvers doen, wees dan in elk geval consequent.
Vervolgens volgen wat wijze woorden over het belang van de juiste hermeneutische sleutel. De opstellers zeggen zowaar: ‘het brengt ons in verwarring als we de woorden van een profetie letterlijk willen verstaan.’ Mee eens! Maar is dit slechts lippendienst? Waarom dan toch volhouden dat Jezus zal terugkomen in Jeruzalem? Dat een belofte van 3000 jaar geleden aan Abraham wel moet leiden tot de Staat Israel in 1948? U gelooft niet in een progressie in Godskennis door de tijd heen?
Ik ben het trouwens ook eens met de woorden van de schrijvers als ze zeggen dat profetie meer bevat dan ‘een diepe geestelijke les’. Veel profetie bevat ook toekomstperspectief. Maar dan wel graag nauwkeurige exegese.
‘Wanneer God iets belooft aan Israel, zal hij die beloften ook concreet in vervulling laten gaan’, beweren de schrijvers. Ja, is dat zo? Zijn Gods beloften dan onvoorwaardelijk? En dus toch ook weer terug naar dat hermeneutische principe van alle profetie letterlijk nemen? Want dat is toch wat wordt bedoeld met ‘concreet’? Fysiek, letterlijk, nauwkeurig?
‘In het wereldomvattende plan vormt Israel het centrum’, weten de schrijvers. Ja, dat is wel concreet. Maar is het ook
waar? Ik heb nog steeds geen argumenten gelezen – enkel de stelling. De brochure rammelt in zijn ‘argumentatie’. Wie wil het hiermee overtuigen?
Waarom Jeremia 16:14v citeren, over de terugkeer van Israel uit ballingschap, waar Jeremia toch over de terugkeer uit Babel profeteerde? Hoe dat zomaar ‘toepassen’ op 1948? Wat zei u over een hermeneutisch principe?
De schrijvers zeggen: ‘We geloven dat de Eeuwige in onze dagen dergelijke profetieën in vervulling laat gaan.’ Dan volgen een paar tegenwerpingen van Joodse kant, maar de schrijvers vervolgen: ‘Toch zijn we ervan overtuigd dat de Eeuwige klaarblijkelijk in onze dagen Joden uit heel de wereld wil laten terugkeren naar het land als voorbereiding op de grote toekomst waarvan de profeten hebben gesproken.’
‘We geloven… toch geloven we… klaarblijkelijk.’ De schrijvers hadden het vast gezellig met elkaar, en waren het van harte met elkaar eens. Maar argumenten? Ik weet wel dat ze dit geloven – maar ik zie niet waarom ik dat ook zou moeten doen. Probeer me nou eens echt te overtuigen!
Dan gaan de schrijvers nog even naar de geschiedenis van de Palestijnen kijken. De ‘verstrooid wonende Arabieren [vormden] geen volk met een legitieme claim op zelfbeschikking’, aldus de schrijvers over de bewoners van Palestina. Interessante stelling. Ik zou dat wel eens uitgelegd willen krijgen.
Hadden ze geen legitieme claim op zelfbeschikking omdat ze verstrooid woonden? Omdat ze daarvoor geen eigen staatsvorm in Palestina hadden? Ik vrees dat ik de schrijvers hier enkel voor de voeten kan werpen dat ze domweg bevooroordeeld zijn. Om de legitieme rechten op zelfbestuur van de grote meerderheid van boeren en handelaren die eeuwenlang in een land hebben gewoond als ‘niet legitiem’ weg te wuiven heeft iets schunnigs. Maar goed, als je meent dat Joden hoe dan ook meer rechten hebben, dan maakt het allemaal niet uit wat voor argumenten je gebruikt.
Nog zoiets. In 1947 weigerden de Arabieren het land te delen ‘op grond van hun islamitische geloof’. Wie verzint het. Dit is gewoon liegen. De Arabieren in Palestina wilden het land niet delen omdat ze zich nog goed herinnerden dat al het land hun van hun was, en dat de Joden met hulp van de Britse koloniale macht gewoon een groot deel hadden overgenomen. De Arabieren in Palestina protesteerden al in de 19de eeuw bij de Turkse machthebbers, want de Palestijnen wilden geen Joodse emigratie.
Dit had niets met de Islam te maken, maar met land. Door de Islam er bij te halen, plaatsen de schrijvers de legitieme rechten van de Palestijnen al direct in een negatief licht. Alsof de twist vanaf het begin een religieuze strijd was. Overigens, zelfs als dat zo was, is het omgekeerde ook niet waar? Het gaat de schrijvers toch ook om de Joodse religieuze identiteit van de staat Israel? Als Joden een staat voor hun religie willen, mogen Palestijnen daar toch ook om religieuze redenen tegen zijn? Maar nogmaals, dat de Palestijnen in 1947 tegen de stichting van een Joodse staat op hun grond waren, is omdat ze hun land niet kwijt wilden raken.
Voor de Israeli’s zijn de oorlogen en het ontbreken van vrede deprimerend, lezen we. Niet voor de Palestijnen? Jawel, die hebben enorm te lijden, maar ‘wij zijn ervan overtuigd’ dat dit de schuld is van hun eigen leiders die verkeerde besluiten hebben genomen.
Wie vervolgens zegt dat ze toch ook het goede voor de Palestijnen willen zoeken, maakt zich niet erg geloofwaardig. Vraag maar aan de Palestijnen zelf wat die willen. In elk geval niet de
handouts van predikanten die zich verder tegen alle legitieme wensen van de Palestijnen opstellen.