maandag 23 juli 2012

Reactie op atheisten van Freethinker (13)


Ik reageer op de 95 stellingen/200 vragen aan christenen van de atheistische website www.Freethinker.nl.  Vandaag vraag 61-65.

Eerder:
Vraag 1-5 
Vraag 6-10
Vraag 11-15
Vraag 16-20 
Vraag 21-25
Vraag 26-30
Vraag 31-35
Vraag 36-40 
Vraag 41-45
Vraag 46-50
Vraag 51-55
Vraag 56-60

61. Waarom is het voor sommige christenen geen probleem om onderwerpen die hun niet welgevallig zijn, bijvoorbeeld Jona in de walvis, te bestempelen als metafoor. En de rest als letterlijk naar voren te brengen? En op welke gronden maakt men dit onderscheid?


De vraag is niet of iets mensen welgevallig is; de vraag is wat voor hermeneutiek men hanteert voor het lezen van een verzameling stokoude literaire teksten, waarvan men bovendien gelooft dat ze ‘iets met God’ te maken hebben. Oude teksten begrijpen, of dat nu bijbelse zijn of niet, is altijd lastig.

62. Hoe is het mogelijk dat een God die alles ziet in Genesis (3:9) Adam vraagt waar hij is?
En ook in deze tekst: “Het geroep over Sodom en Gomorra is groot, en haar zonde is zeer zwaar. Ik wil nederdalen om te zien, of zij inderdaad gedaan hebben naar het geroep, dat tot Mij gekomen is, of niet; Ik wil het weten.” (Gen. 18:20-21)” blijkt dat de Bijbelse god Jahwe er op af moet om te kijken wat er aan de hand is.


Hier wordt op een manier die wij als mensen begrijpen over mensen gesproken. Dat er geen intrinsieke tegenstelling is, blijkt wel uit het feit dat dezelfde persoon Genesis 3:9 en 18:20-21 in zijn boekje Genesis zette. Als er sprake zou zijn van een tegenstelling zou die redacteur daar vast iets aan gedaan hebben.

63. En hoe onwaarschijnlijk is het om in een stad geen 50 rechtvaardige zuigelingen of kinderen te vinden. Die niet veroordeeld kunnen worden op grond van sodomie?


Ten eerste is het onjuist om net te doen of sodomie het enige onrecht was. Er was veel meer aan de hand. En waarom bij deze vraag kinderen betrekken? Het ging natuurlijk om de vraag of er wel 50 rechtvaardige volwassenen waren. Het ging helemaal over kinderen in dit verband.

64. Een god die miljarden sterrenstelsels schiep, schuift aan bij Sarah om een pannenkoek te eten. Realistisch of puur bijgeloof?

Inderdaad, een idiote gedachte. Maar dat is het hart van het christelijk geloof. De God die hemel en aarde schiep, heeft contact (‘gemeenschap’) met mensen. In Jezus is dat op de meest complete manier werkelijkheid geworden.

65. Het Gilgamesj epos is de oudste bron die een zondvloed verhaal beschrijft; waarom worden de Hebreeërs niet beschuldigd van plagiaat? 

  1. Omdat de Hebreeërs een totaal ander verhaal vertellen. Ja, er is overeenkomst, maar de verschillen zijn groot. 
  2. En omdat beide verhalen teruggaan om een gezamenlijke beleefde werkelijkheid, namelijk dat er in de oudheid sprake is geweest van een grote vloed. 
  3. En omdat in de oudheid het begrip plagiaat onzin was. Men zag er eer in als anderen ‘hun’ verhaal verder vertelden.

Geen opmerkingen: