Sproul brengt de kwestie terug tot de volgende argumentatie:
1. Is rechtvaardiging door het geloof alleen essentieel voor het evangelie?In de 16de eeuw waren Rome en de Reformatie het over de laatste twee zaken eens. Vanwege hun verschil van mening over de eerste zaak (geloof alleen), waren ze het er ook over eens dat de ander afvallig was. Dus werden stevige anathema’s over elkaar uitgesproken. (p. 147)
2. Is het evangelie essentieel voor het christendom en voor verlossing?
3. Is de ontkenning van het evangelie een kwestie van afvallen van het geloof?
Sproul citeert de Anglikaans-gereformeerde theoloog J.I. Packer vrij uitgebreid. Packer benadrukt dat eenheid met Rome op christelijk en kerkelijk niveau kan worden beleefd, omdat niet onze theologie over rechtvaardigmaking, maar geloof in Christus zelf zalig maakt. (p. 154)
Sproul vindt dit een slecht argument van Packer. ‘De kwestie is niet, is het Christus die verlost of is het de leerstelling die verlost. De kwestie is, Wat is het evangelie dat de basis moet zijn voor elk gezamenlijk optrekken in geloof?’ (p. 154)
Natuurlijk vraagt de lieve lezer zich nu af: Okee, dat zijn Packer en Sproul, maar wat denkt Strengholt... ☺
Ik geef mijn gedachten voor wat ze waard zijn. En ik verander nogal eens van gedachten, zeg ik er meteen maar bij.
STRENGHOLTS 10 STELLINGEN
1 Ik geloof van harte in de reformatorische rechtvaardigingsleer. Voor de kenners, ik heb tot nu toe geen betere theologie ontdekt dat wat we als TULIP omschrijven.
2 Ons theologiseren en ons geloven zijn onvolmaakt; ons past bescheidenheid waar het gaat om onze theologische bouwwerken, en waar het gaat om geloven.
3 Theologie is van groot belang, want geloven gaat, zoals Sproul terecht zegt, ook om geloofsinhoud.
4 Ik denk de forensische benadering waar is, maar het is niet de enige manier waarop de bijbel over onze verlossing spreekt. Dus moeten we oppassen dat we onze visie op deze theologie niet tot het shibboleth maken dat onze relaties met andere christenen beheerst.
5 Verlossing is niet door geloven in een theologie, maar door geloven in Christus. Packer’s opmerking is volgens mij dan ook waardevoller dan Sproul inziet, zeg ik bescheiden.
6 Rome pleit ontegenzeglijk voor echt geloof in de echte Christus, en wie dus in die kerk gelooft in Christus, hoe onvolmaakt dat geloof ook is, is daarmee aan Christus verbonden.
7 Calvijn’s opmerking dat wie door geloof aan Christus verbonden is, daarmee de rechtvaardigheid en de heiligheid van Christus deelachtig is, geldt ook voor mensen die geen correcte theologie hebben maar wie wel van harte in Christus geloven.
8 Dat Rome zijn anathema’s tegen de theologie van rechtvaardiging door geloof alleen niet heeft ingetrokken, is treurig. Het is te hopen dat Rome hierop terugkomt.
9 Dat Rome de protestantse kerken niet volop als kerk wil zien, moet ons echter niet weerhouden van het erkennen dat de Roomse kerk, die zich naar Christus noemt en die hem wil geloven en navolgen, ‘Lichaam van Christus’ is.
10 De theologische discussies tussen Rome en de Reformatie moeten we dus als ‘binnenkerkelijke’ debatten voeren, als broeders en zusters onderling.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten