Deze brief is geschreven door bisschop Cyprianus aan bisschop Caldonius
Cyprianus prijst Caldonius, voor zijn integriteit en geloof, discretie en wijsheid, en voor zijn kennis van de Heilige Schirften.
Cyprianus zegt dat hij het eens is met het oordeel van Caldonius over hoe te handelen ten aanzien van de vier christenen die hij in brief 24 noemde.
Cyprianus zegt vervolgens dat hij een vijftal brieven die hij eerder aan zijn geestelijkheid stuurde, ook aan Caldonius stuurt. Deze brieven zijn door die geestelijkheid ‘ontvangen met hun instemming. Ze hebben teruggeschreven zeggende date zich voegen bij het zelfde beleid als dat van ons, in conformiteit met het katholieke geloof.’ (1.2)
Stuur dit document svp aan zoveel mogelijk collegae, zodat ze zich ook houden aan ons beleid in overeenstemming met de voorschriften van de Heer. (1.2)
Opmerkingen:
Ze hebben in feite de vrede voor zichzelf hersteld door hun oprechte bekering en glorieuze belijdenis van de Heer. Ze hebben zichzelf gerechtvaardigd door hun eigen woorden, waardoor ze zichzelf eerder veroordeeld hadden. ze hebben al zonden weggewassen, met de hulp van de Heer aan hun kant, ze hebben hun vroegere smet weggeveegd door hun aansluitende vertoon van moed.Cyprianus vindt dus dat deze mensen niet langer onder de macht van de duivel moeten zijn; door te zijn verbannen en hun bezit te zijn kwijtgeraakt zijn ze weer op de been geraakt en hebben ze hun positie ingenomen met Christus. (1.1)
Cyprianus zegt vervolgens dat hij een vijftal brieven die hij eerder aan zijn geestelijkheid stuurde, ook aan Caldonius stuurt. Deze brieven zijn door die geestelijkheid ‘ontvangen met hun instemming. Ze hebben teruggeschreven zeggende date zich voegen bij het zelfde beleid als dat van ons, in conformiteit met het katholieke geloof.’ (1.2)
Stuur dit document svp aan zoveel mogelijk collegae, zodat ze zich ook houden aan ons beleid in overeenstemming met de voorschriften van de Heer. (1.2)
Opmerkingen:
- Datering: late zomer van 250AD
- Cyprianus gaat ervan uit dat zijn beleid in Carthago door de andere bisschoppen van Afrika wordt gevolgd.
- Het is niet duidelijk of Cyprianus vindt dat Caldonius goed heeft gehandeld tav de vier gelovigen - geeft hij in zijn bijgesloten vijf brieven in feite niet aan dat er nog een formele bisschoppelijke handeling moet plaatsvinden?
- De vijf brieven waarnaar Cyprianus refereert zijn zonder twijfel de brieven 15-19.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten