Het is interessant hoe het imago van de Arabische wereld
sterk wordt gevormd door de rijke oliestaten van het Arabisch
Schiereiland. Het gaat dan om de landen Saoedie-Arabië, de
Verenigde Arabische Emiraten, Koeweit, Bahrein, Qatar en
Oman, waar de woestijngrond sompig is van de olie. In wezen
zou je Irak en Libië nog onder de rijke landen kunnen rekenen
vanwege hun olievoorraden, maar die landen hebben hun rijkdom in rook zien opgaan door oorlogen en wanbeleid van hun
dictators.
Toen in 1973 de olieprijzen enorm begonnen te stijgen omdat de olieproducerende landen het heft in eigen hand gingen nemen, werden we in Nederland overladen met televisiebeelden van de weelde van de Arabische Golfstaten. Mensen die al een zekere leeftijd hebben bereikt, herinneren zich hoe de muzikale top-40 van Nederland zelfs een lied kende met de sterke tekst:
Toen in 1973 de olieprijzen enorm begonnen te stijgen omdat de olieproducerende landen het heft in eigen hand gingen nemen, werden we in Nederland overladen met televisiebeelden van de weelde van de Arabische Golfstaten. Mensen die al een zekere leeftijd hebben bereikt, herinneren zich hoe de muzikale top-40 van Nederland zelfs een lied kende met de sterke tekst:
‘Koeweit Koeweit Koeweit, kielekiele Koeweit, kielekiele hopsa-sa’. Hier het hele lied van Farce Majeure.
Eén van de bekendste Arabische namen in die tijd was die van sjeik Jamani, de Saoedische topman van OPEC, de organisatie van olieproducerende landen.
Inderdaad, genoemde landen zijn ontegenzeglijk rijk geworden door de olie. Aan de andere kant, vanuit zakelijk oogpunt is er iets vreemd aan de hand. Die Golfstaten zijn rijk, omdat ze hun assets, hun kapitaalgoederen, verkopen. Over 50 jaar hebben ze niks over. Het is als een boer met veel land, die elk jaar een stukje land verkoopt om rond te komen. De boer kan enorm veel geld uitgeven, maar voor zijn kinderen zal weinig over blijven.
De stelling dat ‘de Arabieren steenrijk zijn door de olie’ is discutabel. Immers, de zes Arabische Golfstaten vormen een minderheid te midden van de Arabische wereld die uit 22 landen bestaat. En wat betreft de bevolkingsaantallen vormen die zes rijke landen helemaal een minderheid. In genoemde landen wonen ongeveer 40 miljoen mensen – waarvan minstens 10 miljoen tamelijk armetierige gastarbeiders. Er zijn dus 30 miljoen Arabische bewoners in die Golfstaten. Dat is 10% van het aantal Arabieren. De rest is er beslist minder florissant aan toe.
De meeste Arabische landen zijn niet rijk, en sommige zijn extreem arm. Jemen is een voorbeeld van zo’n arm land. Daar wonen evenveel mensen als in alle Arabische Golfstaten samen. En dan een land als Mauretanië... De gemiddelde burger heeft daar 100 Euro per maand als inkomen. Maar dat is gemiddeld. De meesten leven op de rand van verhongeren in die gortdroge woestijn.
Wat te denken van Egypte? Het inkomen per hoofd van de bevolking is daar drie maal zo hoog als in Mauretanië, maar wat helpt dat de 30 miljoen Egyptenaren die van minder dan een Euro per dag moeten leven?
Steenrijk door de olie? De helft van de Arabieren is straatarm en ondervoed, met een dagelijkse maaltijd van droog brood en thee, misschien zelfs met wat suiker.
Eén van de bekendste Arabische namen in die tijd was die van sjeik Jamani, de Saoedische topman van OPEC, de organisatie van olieproducerende landen.
Inderdaad, genoemde landen zijn ontegenzeglijk rijk geworden door de olie. Aan de andere kant, vanuit zakelijk oogpunt is er iets vreemd aan de hand. Die Golfstaten zijn rijk, omdat ze hun assets, hun kapitaalgoederen, verkopen. Over 50 jaar hebben ze niks over. Het is als een boer met veel land, die elk jaar een stukje land verkoopt om rond te komen. De boer kan enorm veel geld uitgeven, maar voor zijn kinderen zal weinig over blijven.
De stelling dat ‘de Arabieren steenrijk zijn door de olie’ is discutabel. Immers, de zes Arabische Golfstaten vormen een minderheid te midden van de Arabische wereld die uit 22 landen bestaat. En wat betreft de bevolkingsaantallen vormen die zes rijke landen helemaal een minderheid. In genoemde landen wonen ongeveer 40 miljoen mensen – waarvan minstens 10 miljoen tamelijk armetierige gastarbeiders. Er zijn dus 30 miljoen Arabische bewoners in die Golfstaten. Dat is 10% van het aantal Arabieren. De rest is er beslist minder florissant aan toe.
De meeste Arabische landen zijn niet rijk, en sommige zijn extreem arm. Jemen is een voorbeeld van zo’n arm land. Daar wonen evenveel mensen als in alle Arabische Golfstaten samen. En dan een land als Mauretanië... De gemiddelde burger heeft daar 100 Euro per maand als inkomen. Maar dat is gemiddeld. De meesten leven op de rand van verhongeren in die gortdroge woestijn.
Wat te denken van Egypte? Het inkomen per hoofd van de bevolking is daar drie maal zo hoog als in Mauretanië, maar wat helpt dat de 30 miljoen Egyptenaren die van minder dan een Euro per dag moeten leven?
Steenrijk door de olie? De helft van de Arabieren is straatarm en ondervoed, met een dagelijkse maaltijd van droog brood en thee, misschien zelfs met wat suiker.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten