Dit is een ingewikkelde kwestie! Is de zoon van Abraham
en Hagar, Ismaël dus, de vader van de moderne Arabieren?
Tegenwoordig verstaan we onder Arabieren de mensen die in
de lidstaten van de Arabische wereld wonen. Hun Arabisch-zijn is vooral gedefinieerd door hun paspoort, niet door de taal
die ze spreken en ook niet door hun genetische afkomst. Een
Arabischtalige Marokkaan, een Irakees die Arabisch spreekt,
een Jemeniet, een Egyptische christen die Arabisch als moedertaal heeft, op geen enkele manier kan worden hardgemaakt
dat deze mensen van Ismaël zouden afstammen; er stroomt
geen druppel bloed van Ismaël door hun aderen.
De Arabieren van vandaag zijn de nakomelingen van stammen en volken die door de eeuwen heen geleidelijk de Arabische taal hebben geadopteerd als hun spreektaal en schrijftaal. Dat is absoluut niet een genetische kwestie, net zo min als we kunnen zeggen dat Surinamers of burgers van de Nederlandse Antillen van de Batavieren afstammen, domweg omdat ze Nederlands spreken of een Nederlands paspoort hebben.
Maar misschien kunnen we zeggen dat de Arabieren in de zin zoals die term heel vroeger werd gebruikt wel de afstammelingen van Ismaël zijn? Ten tijde van de profeet Mohammed, dus in de zesde en zevende eeuw na Christus, waren de Arabieren de stammen die in en om het Arabisch schiereiland woonden en die één van de Arabische dialecten spraken. Maar hoe zouden die van Ismaël kunnen afstammen?
In de tijd van Abraham en Ismaël was het Arabisch schiereiland al lang bevolkt door Arabischtalige stammen. Ismaël kan op hun ontstaan dus geen procreatieve invloed hebben gehad, want zo zit de wereld van het kindjes krijgen niet in elkaar. Er is dus geen historisch of archeologisch bewijs dat Ismaël en zijn nakomelingen de voorvaders waren van de oor-spronkelijke Arabieren; ze hebben hooguit op kleine schaal hun genetische sporen aan de bewoners van het Arabisch Schiereiland toegediend. Dat heeft dus, zoals gezegd, niks te maken met de Arabieren van Marokko tot Irak van vandaag de dag.
De Arabieren van vandaag zijn de nakomelingen van stammen en volken die door de eeuwen heen geleidelijk de Arabische taal hebben geadopteerd als hun spreektaal en schrijftaal. Dat is absoluut niet een genetische kwestie, net zo min als we kunnen zeggen dat Surinamers of burgers van de Nederlandse Antillen van de Batavieren afstammen, domweg omdat ze Nederlands spreken of een Nederlands paspoort hebben.
Maar misschien kunnen we zeggen dat de Arabieren in de zin zoals die term heel vroeger werd gebruikt wel de afstammelingen van Ismaël zijn? Ten tijde van de profeet Mohammed, dus in de zesde en zevende eeuw na Christus, waren de Arabieren de stammen die in en om het Arabisch schiereiland woonden en die één van de Arabische dialecten spraken. Maar hoe zouden die van Ismaël kunnen afstammen?
In de tijd van Abraham en Ismaël was het Arabisch schiereiland al lang bevolkt door Arabischtalige stammen. Ismaël kan op hun ontstaan dus geen procreatieve invloed hebben gehad, want zo zit de wereld van het kindjes krijgen niet in elkaar. Er is dus geen historisch of archeologisch bewijs dat Ismaël en zijn nakomelingen de voorvaders waren van de oor-spronkelijke Arabieren; ze hebben hooguit op kleine schaal hun genetische sporen aan de bewoners van het Arabisch Schiereiland toegediend. Dat heeft dus, zoals gezegd, niks te maken met de Arabieren van Marokko tot Irak van vandaag de dag.
Wie zijn dan wel de afstammelingen van Ismael? In
Genesis 25:12 worden twaalf zonen van Ismaël genoemd.
Die trouwden met meisjes uit stammen in het gebied dat nu
ruwweg Jordanië is. De stammen die daaruit voortkwamen
werden Ismaëlieten genoemd. Assyrische bronnen noemen
de Ismaëlieten nog als aparte stam. De bijbel laat zien dat de
Ismaëlieten opgingen in de stammen die later de Midianieten
werden genoemd, bijvoorbeeld in Genesis 37:25-28 en 39:1
en in Richteren 7:1vv en 8:22-24.
Eeuwen later, zo rond 250 voor Christus, trokken Arabische stammen uit het gebied van Jemen geleidelijk naar het gebied van wat nu Jordanië en Syrië is, om die regio te koloniseren. Daarom kon Paulus, na zijn bekering, zeggen dat hij een paar jaar naar Arabia ging. Hij ging waarschijnlijk naar het gebied ten zuidoosten van Damascus, of naar Jordanië. In de Romeinse tijd waren deze Arabieren, de Nabataers, bondgenoten van de Romeinen. Die Arabieren herinnerden zich hun afkomst uit Jemen en stamden, naar hun eigen zeggen, af van ene Joktan of Kahtan, niet van Ismaël.
Eeuwen later, zo rond 250 voor Christus, trokken Arabische stammen uit het gebied van Jemen geleidelijk naar het gebied van wat nu Jordanië en Syrië is, om die regio te koloniseren. Daarom kon Paulus, na zijn bekering, zeggen dat hij een paar jaar naar Arabia ging. Hij ging waarschijnlijk naar het gebied ten zuidoosten van Damascus, of naar Jordanië. In de Romeinse tijd waren deze Arabieren, de Nabataers, bondgenoten van de Romeinen. Die Arabieren herinnerden zich hun afkomst uit Jemen en stamden, naar hun eigen zeggen, af van ene Joktan of Kahtan, niet van Ismaël.
De mythe van de Arabische afkomst van Ismaël is vooral
door de profeet Mohammed gecreëerd, omdat hij de Arabieren
graag als afstammelingen van Abraham wilde zien. ‘De Joden
stammen via Izak af van Abraham, dan wij via Ismaël ook’,
moet Mohammed profetisch hebben gedacht. Op deze ma-
nier kon hij aantonen dat zijn religie net zo goed als de joodse,
op Abraham terugging. Mohammed meende dat hij de oor-
spronkelijke religie van Abraham in eer herstelde. Sommige
islamkenners vermoeden dat Mohammed ook van mening
was dat het christendom op Abraham terugging. Geloven
christenen, zo zou Mohammed hebben gedacht, immers niet
in ‘Isa (Ezau), een derde zoon van Abraham? Hij zou dus Ezau
en Jezus hebben verward.
Sommige christenen houden de mythe van Ismaël als voorvader van de Arabieren ook in ere en zetten dat vooral in eschatologisch perspectief. Zo zou God in het einde der tijden Israël hebben hersteld, met als duivelse tegenspeler de 300 miljoen Ismaëlieten die rond Israël wonen en die het land de zee in zouden willen drijven. Zo lijkt het net of de Bijbelse geschiedenis van Izak en Ismaël herleeft. Maar of dat waar is?
Sommige christenen houden de mythe van Ismaël als voorvader van de Arabieren ook in ere en zetten dat vooral in eschatologisch perspectief. Zo zou God in het einde der tijden Israël hebben hersteld, met als duivelse tegenspeler de 300 miljoen Ismaëlieten die rond Israël wonen en die het land de zee in zouden willen drijven. Zo lijkt het net of de Bijbelse geschiedenis van Izak en Ismaël herleeft. Maar of dat waar is?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten