Joseph Kardinaal Ratzinger schreef in The Spirit of the Liturgy (2000) een hoofdstuk over iconen waarin hij pleit voor een hernieuwde interesse in het gebruik van afbeeldingen in de kerk, en hij verdedigt met name de visie van de oosterse kerk op iconen.
Tot in de derde eeuw na Christus gebruikt de Joodse synagoge afbeeldingen. De manier waarop de kerk dat deed, was niet veel anders. [een voorbeeld hiervan heb ik op mijn facebook staan, zie HIER
Het idee van afbeeldingen in de vroege kerk was niet om een soort stripboek van het verleden te maken; het was om de gebeurtenissen van het verleden met het sacrament samen te brengen.
De vroegste afbeeldingen van Christus waren geen poging om ons een portret van hem te geven; Christus wordt op allegorische manier afgebeeld, bijvoorbeeld als de ware filosoof. Maar vooral als de Goede Herder. Jezus als Goede Herder was een manier om hem als de Logos aan te duiden, degene die alles schiep en die in zich de archetypen van alle dingen verenigt. In zijn vleeswording neemt hij de verloren schapen, de hele mensheid, op zijn schouders om het naar huis te dragen.
Iconen kregen al snel de waarde van het sacrament: ze bieden communion aan; de gelovigen gingen al snel de ‘ware aanwezigheid’ in de iconen ervaren. Die aanwezigheid is niet in de icoon zelf gelegen. De mens moet leren met ogen van geloof de icoon te gebruiken om de geestelijke werkelijkheid te zien. Daar slaagden velen niet in, waardoor in de zevende eeuw een periode van iconoclasme – vernietiging van iconen - plaatsvond.
Het gaat bij iconen niet om de gelaatsuitdrukkingen; waar het om gaat is een nieuwe manier van kijken. Iconen worden geschreven door het innerlijk te openen voor God en diens werkelijkheid, en zo moeten ze ook worden bezien. Iconen vereisen juist een ‘vasten van de ogen.’ De dynamiek van het icoon is hetzelfde als dat van de liturgie als geheel.
Iconoclasme rust ten diepste op een theologie die beweert dat God onkenbaar is. Hij is zo anders dat niets kan worden afgebeeld. Maar Hij kwam de wereld in als mens, en Hij is prima in staat om zich aan mensen bekend te maken.
In de eerste 12 eeuwen bestond nauwelijks verschil in hoe iconen werden gemaakt en beschouwd. De iconologie van de westerse en de oosterse kerk was wezenlijk hetzelfde. Ik zal nu niet ingaan op de historische beschrijving van hoe een en ander veranderde, maar vermeld slechts dat Ratzinger zegt dat Vaticanum II terecht besloot afstand te doen van veel religieuze kitch.
Hoe nu verder? Ratzinger concludeert:
1. De afwezigheid van iconen is niet te combineren met geloof in de vleeswording van God. God is in onze wereld van de zintuigen binnengekomen.
2. Gewijde kunst vindt zijn onderwerpen in de heilsgeschiedenis – van schepping tot voleinding.
3. De afbeeldingen van de geschiedenis van God met de mensen illustreert niet slechts een opeenvolging van gebeurtenissen in het verleden; het toont ook in de innerlijke eenheid van Gods daden. Daardoor hebben ze altijd te maken met de doop en de eucharistie, waarin die eenheid ook zichtbaar is. Iconen wijzen dus op Gods aanwezigheid – ze zijn essentieel verbonden aan wat in de liturgie gebeurt.
4. De afbeeldingen van Christus en de heiligen zijn geen foto’s. Hun doel is om ons te leiden van wat we zien, naar een nieuwe manier van kijken, met onze innerlijk geestesogen. Zo zien we de Onzichtbare door het zichtbare. Zo staat de icoon dus ook in dienst van de liturgie.
5. De westerse kerk moet van harte het Zevende Oecumenische Concilie onderschrijven; daar werd het fundamentele belang en de theologische status van iconen voor de kerk bevestigd. Wat daar werd gezegd is normatief voor de hele kerk.
Tot zover Ratzinger. Voor de geïnteresseerde, ik heb op Facebook een pagina over Egyptische iconen. Kijk daar eens rond. Ik heb ook wat mooie te koop :)
3 opmerkingen:
Die Iconen die ik zag in jullie kerk vond ik mooi en nuttig. Het zijn misschien vereenvoudigde stillevens van de geest. Een prachtig contrast met de felle bewegende beelden van onze eeuw.
Maar wat is de officiële kijk van de Anglicanen hierop? En in de 7e eeuw ontdekte men dat het zo niet werkte. Kunnen we daar dan niets van leren?
En is de stap van Iconen naar Beelden niet een logische?
Ik kom uit een laag-liturgische traditie en volgens mij moeten we wat liturgie betreft vooral vooruit denken om de massa te bereiken.
anglicanen hebben hier geen gezamenlijke kijk op... dat zal je niet bevreemden!
In de zevende eeuw besloot de kerk juist dat het WEL zo werkte. Het waren wat nieuwlichters die om diverse kerkpolitieke en geopolitieke redenen geen beelden in de kerk wilden.
de stap naar beelden is ook precies wat in de westerse kerk gebeurde. Oosten hield zich meer aan schilderijen, westen meer aan beelden. Allebei zijn dat iconen fyi.
Liturgie om de massa te bereiken? Dat is evangelisatie. Liturgie heeft te maken met eredienst voor God. :-)
Evangelisatie ja... In Nederland noemen we dat laagdrempelige diensten; Seeker sensitive.
Het wordt tijd dat ik eens naar een echte kerk ga. :-)
Maar toch hè, ook al ervaar ik dat een meer liturgische dienst een bepaalde meerwaarde heeft boven de decibels van de moderne electronica, de chaos van de evangelischen symboliseert ook wel weer iets van het vrijgekocht zijn. Het hoog kerkelijke is zo elitair, een clergical mold.
Maar daar gelukkig geen kletspraatjes, zoals, "hoe vinden jullie mijn nieuwe shirt?"(een klalgroen witte ruit) Gekregen van mijn vrouw, alvast voor Vaderdag etc.... Was blijkbaar bedoeld om de gemeente wakker te schudden tijdens de preek. Echt gebeurd in kleine evangelische gemeente in Nederland twee weken geleden.
Een reactie posten